Maandag, 20 april MMXX 06:13u
Wat is iedereen weer goed aan het luisteren. Waar haal ik het toch in mijn hoofd om te beweren dat er niet écht geluisterd zou worden. Zíjn mensen eigenlijk capabel om naar iets anders te luisteren dan de monologen die ze met zichzelf voeren?
Ironie, Sarcasme en Cynisme.
Iemand zei me dat het niet altijd evident is om uit de woorden die hier worden geschreven de diepere betekenis te distilleren. Dat niemand echt helemaal kan bevatten wat werkelijk bedoeld wordt. Dat subjectiviteit altijd parten speelt. Dat, vooral met de poëzie, het net subjectiviteit is dat een diepere betekenis voor iemand aan een tekst kan geven. Zelfs als dat dan helemaal niet aansluit met de subjectiviteit die de verwoorder van de tekst er in gestoken heeft. Daarmee zelfs objectiviteit in de weg staat.
Ik weet het en besef het. Niet alleen is er er al een hele tijd geleden een heel stuk over geschreven (al is het een van de vele teksten die nog onafgewerkt en dus niet gedeeld zijn –de subjectieve beperking van taal in zender en ontvanger) , er worden ook pogingen ondernomen om het steeds aan te geven: Luister! Kijk verder! Ga er niet zomaar van uit dat je vat wat “ik” bedoel en stel vragen als je het niet vat! Of als je denkt het niet te bevatten!…
Toch vergeet ik het zelf graag. Vergeet ik ergens graag zelf dat zoals bijvoorbeeld in het gedicht “In De Kiem Gesmoord” er zoveel lagen in verborgen zitten dat tenzij het expliciet uitgelegd zou worden waarom er net 52 regels zijn, dat met “spieren die onder de inspanning kraken” niet enkel gerefereerd wordt naar armen en benen maar ook naar het hart -> wat letterlijk ook een spier is maar figuurlijk als emotie-centrum, als ziel kan worden opgevat, en kraken meer dan een betekenis heeft en welke “ik” dan bedoelde, etc… er moeilijk volledig kan begrepen worden wat “ik” er mee bedoel. En dan nog!
Ik vergeet het graag omdat net die subjectiviteit ergens bescherming biedt.
Ik vergeet het ook graag omdat het immense wantrouwen dat er heerst naar mensen toe dan ook ergens in stand kan worden gehouden. Als een selffulfilling prophecy. Omdat ook dat veiliger is. Veiliger wordt geacht. Hoe hard er langs de andere kant ook getracht wordt om die vicieuze cirkel te doorbreken. Met dit blog bijvoorbeeld. Al is het nog steeds een aftasten. Een aftoetsen van die veiligheid door een gigantisch wantrouwige bril. Waardoor het ergens nooit veilig is of wordt.
Dus durf ik wel eens zelf te “vergeten” hoe onbeholpen verdoken ik communiceer.
Al heeft het onbeholpen meer betrekking op de communicatie dan op het verdoken aspect er van. Wil ik graag vergeten dat ik nooit geleerd heb om open te communiceren over wat er echt vanbinnen allemaal speelt. Maar ik ben net sterk in het verstoppen. In die laagjes-communicatie.
Ik ben sterk in hoe geconditioneerd ik ben om heel mijn binnenwereld verborgen te houden en daardoor, uit angst om weer afgestraft en/of gekwetst te worden iedereen op afstand te houden. Mezelf, en dus alle delen in mezelf incluis!
Daarom ook durf ik wel eens te vergeten, dat over alle noodkreten heen, ironie, sarcasme en cynisme gebruikt worden om net die noodkreten te verhullen. Om daarin die subtiele boodschap zó subtiel te maken dat ze een sublimaal karakter krijgt. Waardoor er wel ergens gevat wordt dat er geworsteld wordt, maar de ernst niet meer kan worden gevoeld en vooral de hardheid van de kritiek die het cynisme oproept overheerst. Wat dus eerder de echte boodschap overschaduwd.
“Verhullen wat er vanbinnen werkelijk speelt door onder andere gebruik te maken van ironie, sarcasme en cynisme is het uiten van een hulpkreet die niet gehoord kan worden.”
Maar er is nog iets dat zulk soort communicatie doet. Niet alleen verhult het de werkelijke boodschap, het jaagt ook mensen weg. Mensen voelen zich bij dit type taalgebruik vaak aangevallen. En als iemand zich aangevallen voelt, gaan ze in verdediging. Ergo, ver weg van mij en niet meer in staat van te luisteren. Te luisteren naar de noodsignalen vanop een zee die niet langer te horen zijn door het kabaal van de storm op die zee op zich. De innerlijke chaos.
Ik merk dat ik mijn hand blijf uitsteken maar tegelijk té wantrouwig ben om een uitgestoken hand van de andere kant aan te nemen. Waardoor er een immense impasse ontstaat. Een haast onoverbrugbare kloof.
Al heel lang wordt er getracht dat te doorbreken maar ik bots steeds op mezelf. Op alle ervaringen die in een loodzware rugzak worden meegezeuld. Waar nog steeds van zulke ervaringen worden aan toegevoegd en die niet afgelegd kan worden. Niet zonder hulp.
“Alleen” gaan we er dus niet door geraken maar de “veilige” omkadering blijft uit. De veilige haven is er niet (meer?). Waardoor het veiliger is om die afstand van mezelf te nemen, in de vorm van constante dissociatie. En daarmee ook van anderen. Wat ik enorm haat, mezelf daardoor enorm haat maar waar geen enkele poging die ondernomen wordt het van kan doorbreken. Geen enkele poging mij in “het-hier-en-nu” krijgt. (als in zelfbesef, als in ‘ik’; niet zintuiglijk, want dat bewustzijn is extreem in het ‘hier en nu’, het heeft alleen niets met ‘mij’ te maken).
Elke “mildheid” voor het zelf weer vakkundig vernietigd wordt.
Maar misschien moet ik er mij aan vasthouden, dat de echte luisteraar zal wíllen luisteren.
Dat er ergens iemand is die door alle ironie, sarcasme en cynisme door zal kijken. Zal zien en horen dat onder al dat wantrouwen een apocalyptische veldslag woedt met als inzet: Leven!
Een leven.. van levens..
Dat het taalgebruik dat wordt gehanteerd een vorm van overleven is geworden die in zijn ambivalent karakter net voor dat nog zorgt: Overleven.
Recht kruipen en overleven tot de juiste ondersteuning wordt gevonden in een voldoende veilig kader om die nu nog noodzakelijke vicieuze cirkel te kunnen doorbreken. Maar het kost veel energie nu. Het overleven op zich vraagt nu immens veel energie. Het van dag tot dag slepen, het van uur naar uur overleven is een last geworden.
En ironisch genoeg is door het coronavirus iedereen nu onderhevig aan dat onzekere van dag tot dag bestaan, dus wordt er gedacht dat het nu misschien beter begrepen zal worden, al wordt er nog steeds getwijfeld aan de luistercapaciteiten van homo sapiens 2.0.
1v8 © MMXX