Weet u dokter,

“Ik”, 𝒾เร𝔫ค dus hè, zit eigenlijk met twee prangende vragen waar maar nooit een antwoord op komt. 

De eerste is: Wat denken jullie? 

En ‘k weet dat jullie angstig zijn om diagnoses te stellen –‘k vraag ook niet echt naar ‘dé diagnose’, want die ís er niet-, maar net als met medicatie zal “ik” voor ons wel –hoe zeg ‘k dat best?– ‘Aannemen’ wat nodig is. 

Er nadien over communiceren ook. “Was dat goed voor ons of niet? Wat doet dat met ons? Wat denken we, wat voelen we, enz.” Al wat jullie vragen doen we. “Ik” zou wel willen aannemen dat ‘k hoogbegaafd ben bijvoorbeeld, maar het wordt ons niet gezegd. Geen expert op dat gebied heeft dat al expliciet gezegd. Alleen maar een vaag: “Gij!, gij moet daar niet in het minst aan twijfelen, koen.” Ok, dat is misschien wel duidelijk nu we dat zo neerpennen. Maar toch ook niet. ‘k Weet niet hoe ‘k dat moet zeggen. Niet iedereen geloof dat zomaar? Maar er is te weinig bevestiging ook. Dat intens denken, dat anders denken en dat snel denken.. ja dat wordt ons wel altijd gezegd. Zelfs door ‘erkende’ hoogbegaafden wordt gezegd dat we dikwijls te snel gaan. Dus kan ‘k ons ook daar niet bij aansluiten. Dus zoek “ik” naar andere reden voor m’n denken. “Ik” zoek naar een ‘fout’, want dat is wat “ik” kenT. Dat “ik” een ‘fout’ is. 

“Ik” LUISTER! naar jullie expertise. Zéér aandachtig!

Ook al neem ‘k alles niet zomaar meer blindelings aan. En ‘k denk dat we daar meer dan alle reden toe hebben en dat u ons daar ook geen ongelijk zal in geven.

Heb ‘k ook constante bevestiging nodig om die repetitiviteit te kunnen doorbreken.

Dat is lastig voor jullie, ‘k weet het. 

‘k Heb bevestiging en verzorging nodig, constant, en als je er mee af komt duw ‘k het in paniek weg ‘alsof’ het levensbedreigend is. Het is niet alsof voor ons. 

Maar gisteren heeft ons nog maar eens getoond dat wij zélf nog niet half beseffen hoé getraumatiseerd wij zijn.Honderden stationnetjes zijn wij dikwijls al gepasseerd, vastlopend in die trauma-sporen, vooraleer wij dikwijls maar pas besef hebben ván dat vastgelopen zijn. En op die momenten, als je al die stationnetjes onwetend en onbedoeld gepasseerd bent, door die traumasporen, op die momenten heb je menselijkheid nodig. Maar net op die momenten slaagt de maatschappij.. neen, VERPLETTERD de maatschappij ons keer op keer met zijn onwrikbare onmenselijkheid. Daar slagen ze ons elke keer opnieuw terug in die traumasporen. 

En daar zouden jullie in kunnen helpen. 

Jullie expertise, wat jullie denken, zien, ervaren, enz., in contact met ons, het zou ons kunnen helpen om het verpletterende van de maatschappij af te houden zodat wij in rust kunnen proberen herstellen én het zou ons een referentiekader kunnen bieden, begrijpt u? Een referentiekader- of kaders van waaruit wij kunnen vertrekken. Waarover we kunnen denken en reflecteren:“Wat missen wij? Wat zien wij van onszelf niet? Wat gebeurt er dan of dan? Klopt het voor ons of niet? Wat voelen we? Wat denken we? Waarin zijn die trauma’s zo groot dat ze ons volledig verblinden voor onszelf? Enz.”Daar zou nadien dan ook over gecommuniceerd kunnen worden. Het zou ons kunnen helpen om sneller door te hebben van in die traumasporen te zitten. Het zou ons kunnen helpen om niet meer al al die stationnetjes te zijn gepasseerd, vóóraleer we iets door hebben. En we hebben dit al zo dikwijls gevraagd. Aan zoveel ‘experten’. Maar nee, ondanks die repetitieve vraag krijgen we geen antwoord. Maar we krijgen ook geen bevredigend antwoord waarom dan niet. Want het antwoord dat we wél krijgen -dat we ons dan misschien te veel zouden vastpinnen op ‘die diagnose’- hebben we al te dikwijls weerlegd van niet. Én bewezen ook hé! Dóór te communiceren over hoe iets dat gezegd is door u -of anderen- ons beïnvloed heeft of ons heeft doen voelen. “Ik” snap het niet. “Ik” snapT niet waarom jullie maar blijven zwijgen dan. Snapt u? “Ik” snapT het niet, en daarmee blijven we in angst, in paniek de deur dichthouden. “Ik” is bang! Snapt u dat?En niemand, NIEMAND, beschermd ons. Integendeel! Het voelt voor ons echt aan alsof we tegen muren praten en Ja, wééral, ferm in de steek gelaten worden. Snapt u dat?Die tweede vraag gaat over dat lezen op dat blog. “Ik” snap niet waarom jullie dat niet doen. Alles staat daar op!Van anderen hun woorden -die theorie, die Carolyn Spring tot de gekozen muziek. (Luister naar die teksten en hou daarbij ons in het achterhoofd. Alsof wij spreken/zingen over ons en tegen onszelf.)Tot onze eigen woorden. Onze eigen verwoording. Onze. Spreek ‘me’ tegen als ‘k fout ben, alsjeblieft!, maar “ik” kan me niet voorstellen dat als “ik” in jullie plaats zou zijn dat “ik” dan niet al lang alles, ALLES, op dat blog had gelezen. Het is niet dat er gevraagd is om dat allemaal in één keer te lezen hè. Noch dat er ondertussen niet voldoende tijd voor is geweest hè. In jullie plaats, zou “ik” op de hoogte willen zijn. En ja, tuurlijk, “ik” is niet jullie enige patiënt. Ja, het zal wel aan “mij” liggen denk ‘k. En het -sorry hè- voor ons flauwe excuus dat we eens gekregen hebben dat het ‘zware kost’ is..Volgens ‘mij’ zit je in het verkeerde vakgebied dan, als je je emoties niet kunt reguleren als psycholoog. Maar het kan zijn dat “ik” VOLLEDIG verkeerd ben hè. Het kan zijn dat daar wel een heel goede reden voor is waarom jullie dat niet doen hè. Maar “ik” kén ze niet. Als die reden er is, ken “ik” ze niet. En blijven we ook daar met een ‘gevoel’ van ‘in de steek gelaten’ zitten. Want als jullie, experten, het al niet de moeite vinden van te lezen en te luisteren..Waarom zouden we dan nog iets zeggen of schrijven?“Ik” weet het niet! En “ik” snap het niet! “Ik” snap niets!“Ik” snap er niets van!En “ik” ben in paniek!Horen jullie “mij” niet?!“Ik” snap het niet! Horen jullie ons dan niet?!

Je kan misschien ook genieten van:

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *