07:30u
Gisteren was een halve rustdag.
Vandaag, zo merk ‘k, gaat ook nog traag starten.
Maar ‘k heb er ergens wel ‘vrede’ mee.
Het is ok, zo lijkt het wel.
Tegen de vooravond gisteren was ‘k aan een nieuw briefje voor de jongens begonnen.
Daarin vertelde ‘k hoe moeilijk de dag was begonnen en hoezeer dat op m’n moraal woog, omdat ‘k nog steeds de indruk heb van maar doelloos rond te stappen.
Maar gaandeweg, tijdens het schrijven van die brief, merkte ‘k, dat ondanks die doelloosheid, dat ‘k toch ook mentaal stappen aan het zetten ben.
En zo eindigde ‘k dat stuk van die nieuwe brief dan ook.
Brief “3”, moet ‘k nog opsturen.
Brief “4”, ben ‘k dus gisteren begonnen.
Maar brief ”2” was eergisteren bij hun aangekomen.
Onze Maarten was nog bij zijn meter; en onze Pieter wou wachten op z’n broer om die brief samen te kunnen lezen.
Goed; gisteren, terwijl ‘k dus aan brief “4” bezig was, kwam onze Maarten dus terug.
‘k Stuurde hun om iets te laten weten als ze die brief, brief “2” dus, hadden gelezen.
‘k Was namelijk benieuwd wat ze ervan vonden.
Tegen de avond, nog niets daarover.
Dus, zelf in verwachting, tekstte ‘k hun opnieuw.
“Dat ze nog geen tijd hadden gevonden om die brief te lezen en sorry maar dat ze dat dié dag niet meer gingen doen.”
‘k Begreep hun ..en respecteerde hun beslissing.. en stuurde hun dat ook.
Maar toch voelde ‘k me ook ergens teleurgesteld, denk ‘k.
Vooral omwille van de eigen verwachtingen, merkte ‘k.
En terwijl ‘k daar, liggend in de slaapzak, over nadacht, merkte ‘k het volgende op:
“Mijn” verwachtingen stroken niet met ‘de realiteit’!
‘k Weet dat langs een kant al langer dan ‘vandaag’.
Daar heb ‘k het trouwens een aantal jaar geleden met die psychologe in Sint Hieronymus al over gehad.
Al heb ‘k dat toen zó niet benoemd; en al zeker toen zo expliciet niet uitgesproken.
Voornamelijk, denk ‘k, uit zelfbehoud en zelfbescherming, omdat het wat een ‘negatieve’ bijklank heeft, omwille van het woord ‘realiteit’; én, omdat daar, zeker binnen de geestelijke gezondheidszorg, nogal snel verkeerde conclusies uit worden getrokken dan, zo had ‘k al mogen ondervinden.
Want als je ‘denken’ niet strookt met ‘de realiteit’, dan moet er wel iets mis met je zijn, niet?
Zo wordt dat ook steeds naar voor geschoven.
Oók, en misschien vooral, in de psychologie/psychiatrie.
Waarin die vooral graag ‘hún realiteit’ als ‘dé realiteit’ en ‘de énige realiteit’ beschouwen.
En hoe onze Wouter in die hulpverlening, in die psychiatrie volledig herleid is tot een denigrerend hoopje ‘waanideeën’ heeft er zeker toe bijgedragen om angstvallig ‘dié realiteit’ -de realiteit dus dat die hún realiteit als dé realiteit en de énige realiteit beschouwen- uit de weg te gaan.
Ja, onze Wouter had episodes van psychose.
Maar NEEN!, onze Wouter was niet een en al psychose!
Integendeel!
De momenten dat hij niet in die psychosen verkeerde -niét uit die ondraaglijke zielspijn probeerde te ontsnappen (wat trouwens meer niet dan wel was) – was hij zelfs zéér realistisch.
Onze Wouter vatte de realiteit zelfs zéér goed; en daarmee ook de pijnlijke waarheid van die realiteit.
Alleen strookte ‘zijn realiteit’ (als hij dus niét in psychose vastgelopen was hé) en zijn verwachtingen -net zoals ‘mijn realiteit’ en ‘mijn verwachtingen’- niet met ‘de realiteit’ van de maatschappij en de mensen in die maatschappij.
En dat is dus grotendeels ook waar die tekst ‘Gras is groen’ over gaat.
De realiteit dus dat 99,9% van de mensen anders denkt dan “ik”.
Wat ook in die ‘bedenkelijk bedenkelijke gedachten’ beschreven staat.
En omdat de jongens, wat “ik” zou verwachten en wat “ik” zou doen, niet op die brief ‘sprongen’ om die te lezen, merkte ‘k dus dat m’n verwachtingen niet stroken met ‘die realiteit’.
Duidelijk dan kwam terug naar voren dat ‘k anders denk dan andere mensen.
En dát, is absoluut ‘de realiteit’.
“Ik” denkT anders, “ik” voelT anders, “ik” verwachT anders, “ik” hoopT anders, “ik” verlangT anders, …
Net zoals onze Wouter..
En het viel me op, het beeld kwam in me op, dat net dát exact vergelijkbaar is met het wandelen dat ‘k nu aan het doen ben.
Heel dat traject dat ‘k nu aan het afwandelen ben loopt parallel kronkelend met snelwegen, nationale wegen en gewestwegen.
Op die wegen vliegen auto’s constant van punt A naar punt B.
“Ik” gaat dus ook van punt A naar punt B.
Maar, ‘k doe dat, traag wandelend, over die kronkelende, dikwijls moeilijk begaanbare paden die weliswaar grotendeels parallel maar dus náást die snelwegen lopen.
En zó, zo bedacht ‘k mij, geeft dat beeld een zeer goede weergave over hoe m’n denken altijd is geweest en hoe 99,9% van de mensen denken.
-Aansluitend daarbij het verhaal dat steeds al lachend verteld wordt van toen we nog een klein kind waren.. dat als vader en moeder met ons gingen wandelen dat onze Geert 2x de afstand van hun deed en zij voor “mij” 2x afstand moesten doen.. Omdat ‘k overal, bij elke bloem, elke plas water, elke mier.. bleef stilstaan. En al wordt dat al grappend verteld: ‘k ‘herinner’ me vooral van een klap tegen m’n oren te krijgen of aan m’n oor of de haartje aan de voorkant van je oor getrokken te worden tot je op je tippen liep te wenen van de pijn.. omdat ze het beu waren dat ‘k overal verwonderd stil stond te kijken en zij daardoor 2x de afstand van “mij” moesten doen. –
“Ik” gaat dan, net zoals alle andere mensen, wel van punt A naar punt B..
Maar ‘k doe dat niet (dus ook niet in m’n denken, voelen, verwachten, verlangen..) vliegend over snelwegen zoals al die andere mensen.
Waardoor je -letterlijk en figuurlijk- naast elkaar ‘loopt’.
En dát, is absoluut dé realiteit!
Dat “ik” anders denkT en anders ís, is de realiteit.
“Ik” is wel degenlijk mens hé (ergens😅)..
“Ik” zoekT dus wel degenlijk ergens dezelfde ‘zaken’..
Maar niet op die manier van de maatschappij en van de mensen in die maatschappij.
Niet op de manier van 99,9% van de mensen.
“Ik” versta hún wel..
Waarom ze zijn en doen wat ze doen ..en denken en voelen hoe en wat ze denken en voelen..
Maar “ik” kan daar niet met mee..
Op de een of andere wijze of manier gaat dat volledig -VOLLEDIG- tegen m’n natuur in..
Doet me dat pijn, blokkeer ‘k daar zelfs op..
En dát verstaan zij niet.
Zij, de maatschappij en de mensen in die maatschappij, verstaan TOTAAL niet dat “ik” anders ‘functioneerT’.
Die begrijpen, al heel m’n bestaan, niet dat “ik” niet functioneerT zoals hun.. maar die proberen wel, al heel m’n bestaan, om “mij” te laten functioneren zoals hun.
Al heel m’n bestaan lang proberen die hún denken, hún verlangens, hún verwachtingen, hún voelen, hún normen (vergis hier ‘normen’ niet met waarden hé – en hún normen zijn constructies -veelal illusionaire zeepbellen trouwens- binnen hún ‘normaal’ en hún ‘realiteit’ hé – waarmee ze zelfs meer dan dikwijls ook alle waarden vervormen) – hún verlangens … ook op ons ‘op te dringen’.. op ons te projecteren.. en ons -desnoods met geweld- daarin mee te trekken of in te proppen.
Weet je hoe moeilijk dat dat is!? Om te proberen om daaraan te voldoen.. uit angst ook he ..maar daar vanuit heel je natuur nooit in slaagt..
Weet je hoe pijnlijk dat dat is!?
Die begrijpen dus TOTAAL niet, dat “ik” met héél m’n ZIJN -m’n denken, m’n voelen, m’n verlangen, m’n noden, m’n .. noem maar op- op die ‘kronkelpaadjes’ loop.
En nog veel minder begrijpen ze waarom “ik” daar op loopT (wat dus trouwens geen “keuze” is maar aangeboren hé).
Daarom, denk ‘k, blijven die ook maar steeds zeggen: “doe toch gewoon ‘gewoon’ “
Die begrijpen niét, dat “ik” niet op die snelwegen functioneerT.
Onze Wouter functioneerde ook niet op ‘die snelwegen’.
Maar de druk van omgeving, van mens en maatschappij, om daarop te bewegen, leidde hem ertoe om daarvan te proberen ontsnappen door zichzelf te proberen verdoven.
En “ik”, m’n brein zo u wil, probeert zichzelf te verdoven met dissociatie.
Omdat “ik” niet functioneert op die snelwegen maar verplicht wordt door mens en maatschappij om daarop te functioneren, kan ‘k daar alleen maar op functioneren in dissociatie.
Pfff.. pijnlijk!
Pijnlijk om iets te moeten doen met uzelf dat al zo verschrikkelijk pijnlijk was als anderen dat met u deden -uzelf, uw echte “ik”, proberen vernietigen- omdat die mensen enkel die snelwegen als dé en énige realiteit zien en u daar mee op forceren zonder naar u te luisteren.
Die vergeten zelfs -en accepteren ook helemaal niet- dat het enkel maar hún realiteit is en enkel dat.
Maar, omdat ‘k zo geconditioneerd ben, vergeet ‘k zelf ook wel dikwijls dat “ik” -m’n échte ik dus- wel nog op die kronkelpaadjes loopt (en dus anders denkt en voelt en gewaar wordt..) ..
Waardoor m’n verwachtingen -zoals dat de jongens op die brief zouden springen zoals “ik” zelf zou doen- niet strookt met de realiteit.
Dat is: ‘k vergeet soms (dikwijls, meestal) dat ook zij niet denken, voelen etc.. zoals “ik”.
En daarom, stroken “mijn” verwachtingen dus niet met ‘de realiteit’.
Trouwens, nog een ‘klein’ groot puntje:
Voor al die mensen (die 99,9% dus), zo lijkt me, is hun punt B ook zeer duidelijk.
Voor “mij” -voor “ik” dus- is punt B nog steeds een zeer groot vraagteken.
En dat is al heel m’n bestaan zo.
Misschien heeft dat er ook wel mee te maken omdát het voor die 99,9% zo duidelijk ís.
Waarmee ‘k met ‘punt B’ ook bedoel alles daartussen.. zoals op zijn minst rudimentair weten wie je bent en wat je wil.
Een rudimentair “ik” met een “ik”-gevoel, “ik”-narratief, “ik”-besef, “ik”-verlang …
Wat dus bij mij niet aanwezig is door die constante dissociatie van al m’n “ik” en enkel als ‘k -als host- functioneer in functie van..
Doh!!
ᗪ𝒾∂เรᗪ𝔫ค©️MMXXIII