Ik heb feedback nodig.

Ik heb nodig van jullie professionele menig te horen zodat ik aan mezelf kan werken ipv nu in die impasse te blijven zitten. Hoe dikwijls moet ik dat nog zeggen/vragen?

Of geloven jullie werkelijk ook geen woord van wat ik zeg? 

Ik’ heb geen enkele -we zullen het nog is herhalen: Wij! hebben! geen! enkele!- , maar dan ook geen enkele reden om u voor te liegen hoor. 

Dat helpt ons, geen stap vooruit. 

En de tijd tikt genadeloos weg in ons nadeel.. naar een tijd die weer enkel in leegte zal bestaan.. 

EN DAT!, NOOIT MEER!

Dat gezegd zijnde nog even dit:

‘Ik’ ben HÉÉÉÉÉÉÉÉL hard aan het vechten om net niet in die geconditioneerde automatismen te hervallen. (Die, die ik ondertussen zelf opmerk natuurlijk)

En daar bedoel ik dan dat of zwijgen, of tonen of doen wat er verwacht wordt mee. 

Daaraan gekoppeld ook steeds die levensnoodzakelijke noodzaak die ‘ik’ opmerk om te verantwoorden. 

ONS, te verantwoorden, te moeten verantwoorden… voor ons.  

Maar.. nog ‘iets laten zien’..

Ik zal het nog eens heeeeeeeel duidelijk verwoorden:

ALS IK KAN, ALS IK HET KAN VERMIJDEN, ZIET NIEMAND OOIT NOG IETS VAN ONS!

[L…], als in die kliniek ook, de hulpverlening, heeft ons te veel pijn gedaan. 

Als een summum van alles daarvoor. 

En tegenover ons, excuseert nooit niemand zich. 

En ik ben dat beu. 

Ik ben dat werkelijk kotsbeu. 

Ik ben het kotsbeu om te merken -wat steeds duidelijker wordt- hoe sterk die mechanismen in me ingebakken zitten en hoe machteloos ik daartegenover sta. 

En ook ben ik het -daar aan aansluitend- zó ongelooflijk beu van niet alleen geen steun te krijgen, maar daarbovenop ook nog eens beschuldigd te worden. 

Gestigmatiseerd. Zelfs die stigma’s! En ín die stigma’s. 

En dat, terwijl je aan het vechten bent -op leven en dood I kid you not- voor ‘een’ leven. 

———

Donderdag dus, nog steeds 30 september maar ondertussen al 11:59u  (ondertussen zijn er al dagen en uren voorbijgegaan dat er aan de tekst gewerkt is maar ik ben te moe om nog te noteren wanneer juist)

Gisteren dan..

Ik ben kwaad op mezelf omdat ik mij gisteren door u weeral pijn laten doen heb. 

Omdat ik mezelf géén waarde, géén bestaansrecht … kan geven. 

En wel hierdoor:

Ik heb u aangegeven, wat al zo moeilijk was, dat we opmerkten dat u zich anders gedroeg omdat u die sessie aan het filmen was. 

Ikzelf -dat heb ik u direct, van minuut 1 gezegd- was mij heel erg bewust van het gefilmd worden. 

U was zich daar ook van bewust, maar toch (ver)zweeg u daarover totdat ‘ik’ het op het einde van ‘de sessie’ aankaartte. 

Niet alleen uw gedrag was daardoor anders, maar ook uw vraagstellingen. 

En dat laatste.. ik kon mezelf niet meer de waarde? geven -wat dat dan ook is- om daar óók nog eens iets van te zeggen. 

…Hoe heb ‘ik’ geworsteld.. ‘gewoon’ om wat er werd opgemerkt te bevragen? Om mezelf waarde te proberen geven om wat we opmerken te verwoorden?…

Die vragen werden weer meer standaardvraagstellingen

Een voorbeeldje nodig?: “En hoe voel(de) je je daarbij?”; “En wat doet dat met je?”; “Kan je daar iets meer over vertellen? Hoe dat voelt.” enz…

Maar het is niet ‘gewoon’ de vragen he. Maar vooral ook de manier waarop. 

-Het moment waarop die vragen gesteld worden, de intonatie waarmee, uw blik, uw lichaamstaal, de .. ‘ge-academiseerde klinische ‘afstandelijkheid’..  die ‘zoek-de-fout-attitude’… –

Waarmee u dus tijdens dat laatste gesprek bvb constant hebt geprobeerd om ons te dwingen toch een ‘gevoel’ te verwoorden. Weer meer dan anders bent u daarop blijven doorgaan om ons iets te ontlokken dat iets van een gevoel, een emotie of iets dergelijks zou kunnen weergeven. 

Het was (bijna) dwingend.. dwangmatig.. -u moest en zou een antwoord krijgen-..

En ik, ik was mij heel bewust van dat filmen.

(Dat ‘zintuigen-bewust’; dat hyper-zintuiglijk zelfbewustzijn; dat-constante ‘1-seconde-regel’ steeds vernieuwende zintuiglijke gewaarworden waardoor gewenning geëlimineerd wordt en elke seconde zien, horen, ruiken, voelen, proeven, tijd en ruimte steeds opnieuw ‘geladen’ en op gevaar ‘gescand’ wordt fysiek zintuigelijk zelfbewustzijn dat los staat en losgekoppeld is van een van een ik-narratief voorzien mentaal ik-zelfbesef bewustzijn)

Maar óók, dat niet enkel IK maar ook ú respectievelijk ‘ver– en ‘be’- oordeeld zou worden als u dat filmpje deelt met uw supervisor. En ook dat ú zich daar bewust van was en u daar eigenlijk ‘verontrust’ over was. 

En ik, ‘ik’ ben weer voor u beginnen zorgen. 

Ik wou niet!, heb ook geprobeerd om me ertegen te verzetten, maar ik kon niet anders. 

-omdat ik niet anders kan, niet anders ken en ‘ik’ daardoor geen keuzevrijheid heb; lees anders nog maar eens iets van die Carolyn Spring, of luister nog eens naar haar podcasts over de veranderde neurobiologie door trauma en de machteloosheid en het verlies van keuzevrijheid door geïnternaliseerde repressie en geïnstalleerde schaamte (want haar gelooft u wel he) -ook al geldt niet alles wat voor haar geldt voor ons en hebben we u dat gezegd (lees die bedenkingen nog maar eens die we formuleerden op uw schrijven over veiligheid en neuroceptie) –

Ik heb weer heel hard mijn best gedaan om u een antwoord te geven dat ‘ik’ niet! heb, enkel en alleen omdat ik mezelf geen waarde kan geven. 

U daarentegen wel waarde gevend..

Want ipv iets te zeggen dat uw ‘anders handelen’ in vraag zou kunnen stellen, heb ik daarentegen mezelf geen waarde kunnen geven en is er getracht om u te antwoorden op uw vragen. 

Antwoorden waarvan u wéét, of ondertussen toch al zou moeten weten, dat die er niet zijn. 

Antwoorden op vragen die, als ze beantwoord worden volgens ‘het boekje’, u en uw supervisor de ‘juiste’ conclusies zouden kunnen helpen trekken. (Wat wordt er verwacht of verlangd? En hoe kunnen we dat invullen of kunnen we daar aan voldoen?)

Vragen die -volgens ‘uw’ handboekje- kunnen leiden tot het in kaart brengen van het onbewuste

Psycho-analyse.. 

Het onbewuste.. bewust maken..

Om ‘Label’tjes’ te kunnen plakken, in ‘kadertjes’ te kunnen stoppen, in ‘het gekende’, uw kennis, in te kunnen passen, ..om ‘mij’ in uw ‘normaal-abnormaal’ te kunnen plaatsen… ook al beweert u tegenover ‘mij’ van niet..

Mag ik eens lachen nu?

Zo zou u overkomen als ‘de goede therapeute’ die de juiste -volgens het boekje- vragen stelt, en ik.. ja ik wat dan? -De aap die weet waar u naar aan het vissen bent en u geeft wat u hoopt te vangen omdat die zichzelf geen waarde kan geven, ..zonder dat u dat doorheeft – 

Door u antwoorden te geven die u verwacht, die u wil, die u nodig hebt.. 

Hoe ondermijn ik mezelf? 

Hoe doe ik mezelf pijn?

En hoe dikwijls.. hebben we u dat al gezegd, uitgelegd, aangegeven?

-Zal ik u nog eens een voorbeeld geven? Een voorbeeld dat u al gegeven is? Er is u verteld dat we die fiets bij de fietsenmaker laten herstellen hebben. Dat we wisten dat die man tegen ons aan het liegen was over bvb de staat van die wielen. Maar dat we desondanks onszelf toch niet de waarde konden geven om daar iets van te zeggen omdat hij ‘de fietsenmaker’ is, en ik.. ik ben niets. En ik heb daardoor een nieuw wielen-set aangeschaft, wat eigenlijk niet nodig was dus. Ik ben daardoor kwaad op mezelf maar ook ook ben ik kwaad op mezelf omdát ik dat opgemerkt hebt en zelfs omdat daar iets van zou willen zeggen hebben. En ik ben daar nog eens terug moeten gaan en ik zag mijn “oude versleten, niet meer te herstellen wielen” als tweedehands wielen voor verkoop hangen en ik kon en kan daar weer niets van zeggen want hij is fietsenmaker en ik.. ik ben niets. En ik kan u niet verwoorden hoe raar contradictorisch en verwarrend complex ik daar ‘mezelf naar het leven staand’ kwaad op mezelf van wordt. –

Ik vraag mij dan af of u dat door had.. 

Ik vraag mij af hoe het komt dat u niet door hebt gehad hoeveel zeer u ons aan het doen was en hoeveel zeer ik mezelf aan het doen was ..

Hoe kan het, na alles wat u al verteld is, dat u niet door had dat uw vragen ons in conflict duwde?

Dat u die conflicten niet opgemerkt hebt. Die chaos, die paniek.. (en zeg nu niet dat u het wel door had he, want dat had u niet. Wat u ‘door had’, wat u ‘opmerkte’, is wat we wouden dat u ‘opmerkte’. Wat u nodig had om ‘op te merken’, om aan te kunnen tonen ‘dat u ondertussen al vanalles opmerkt en daarop al flink anticipeert met ‘juiste, gerichte vragen’ ..voor uw supervisor. U had niet door, hoe sterk er voor u gezorgd werd.. subtiel, zodat het niet opvalt.. zodat u net het tegenovergestelde denkt.. in functie van u; en met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid zou u -zonder wat ik nu aangeef- tegen uw supervisor net dát aangeduid hebben als ‘het moment’ dat u iets doorhad.. of zou uw supervisor net dát moment aanhalen als ‘daar had u hem’ en u aansporen net daar te blijven peuteren.. zonder te beseffen dat u ons dan net meer pijn zou doen. Eigenlijk zou ik u dat nu niet moeten zeggen maar op een stuk papier schrijven en verzegelen en aan die dokter [v.O.] geven of zo en die dat laten opendoen als u bvb in een onderhoud met hem uw ‘aha-momentje’ vertelt. Of wachten tot u na onderhoud met uw supervisor daar over begint en u dan die verzegelde enveloppe geven. Misschien dat u dan wel zou geloven hoe sterk wij geconditioneerd zijn om op te merken wat nodig is en ‘te zorgen voor’.. in functie van.. anderen.)

Hoe komt het dat u wéér niet opgemerkt hebt.. hoe onveilig u ‘de situatie’ voor ons maakte?

Zelfs niet.. toen we het u letterlijk nog eens gezegd hebben.

Weet u waarom we zo terughoudend zijn om iets over ons te vertellen?

Over ‘ons’ verleden, ‘onze’ geschiedenis, ‘onze’ ervaringen.. «herinneringen

U zou dat ondertussen al moeten weten maar soit -het is trouwens hierboven net nog eens uitgelegd- ik zal het nog eens proberen uitleggen. 

Je kan misschien ook genieten van:

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *